21-10-2018 - Reisverslag uit Tarangire National Park, Tanzania van Joost Veld - WaarBenJij.nu 21-10-2018 - Reisverslag uit Tarangire National Park, Tanzania van Joost Veld - WaarBenJij.nu

21-10-2018

Door: Joost

Blijf op de hoogte en volg Joost

22 Oktober 2018 | Tanzania, Tarangire National Park

21 Oktober 2010

Tarangire National Park is een niet zo heel bekend park, maar dat is geheel onterecht! Nergens in Oost Afrika zul je zoveel verschillende vogelsoorten vinden in één gebied. Het landschap is heel divers, van met baobabs bezaaide vlakten tot de altijd groene moeras gebieden, met de Tarangire River als rode draad er doorheen. Deze rivier komt het park in het zuiden binnen en loopt helemaal door tot het noorden, waarna het in het westen in het Burunge meer uitmondt.
Zelfs in het droge seizoen (zoals nu) kunnen dieren daar drinken, omdat olifanten daar gaten graven in de rivierbedding op zoek naar ondergrondse stromen. Het park wordt Elephant Paradise genoemd door de enorme aantallen kuddes olifanten, maar ook de buffels en vele typen grazers kom je er tegen. Leeuwen en cheetah’s zijn er ook, al zijn die moeilijker te vinden door de hoge vegetatie.

De route van Arusha naar het park is al een belevenis op zich. Zodra je de stad uit bent, ben je direct op het platteland. 50% van de Tanzaniaanse bevolking is boer (alleen de Masai stammen kennen geen boeren), dus je struikelt over de koffieplantages, de velden met bananenbomen en de vele maïsvelden.
De prachtige paarse Jakarana boom is ruim vertegenwoordigd en zorgt voor de nodige afwisseling.

Verder uit de stad kom je langs eindeloze savannes en ben je in het land van de Masai. Ontelbare kuddes met koeien en geiten die gehoed worden door veelal hele jonge Masai jongetjes in traditionele kledij die, met slechts een dunne stok in de hand, eindeloze afstanden af leggen en de kudde onder controle houden.
Hier kwam ik ook voor het eerst in mijn leven de “zwarte Masai” tegen. De Masai is de enige stam in Tanzania die nog geheel volgens de eeuwenoude tradities leeft. Dat betekent o.a. dat ze ook nog de traditie naleven dat jongens besneden worden in hun proces “man” te worden. Dat besnijden gebeurt ver weg van thuis, in de bush, en daarna moeten ze zichzelf 3 maanden zien te redden in de wildernis. Dit zijn geen grappen. Het gebeurt nog altijd geregeld dat jongens het niet overleven. Tijdens deze periode zijn ze gehuld in zwarte gewaden, zijn de gezichten roetzwart gemaakt met een bepaald soort zand, en vaak zijn ze daarover weer met witte verf versierd. Het ziet er tegelijkertijd luguber en indrukwekkend uit.
We zagen er meerdere lopen vandaag. Officieel mochten we geen foto’s maken, maar ja, de camera liep toevallig….. dus daar hebben we toch een soort screenshot van gemaakt. Dan heb je een idee. Heel bijzonder.
Als ze eenmaal terug komen, dan is het groot feest en zijn ze officieel man geworden. Dan mogen ze hun zwarte gewaden inwisselen voor de traditionele en meer bekende rode kledij.
We kwamen veel Masai dorpjes tegen onderweg. Masai bouwen geen permanente woningen. Als de omgeving niet genoeg voedsel meer geeft voor hun vee, pakken ze hun spullen op en reizen ze verder. Daarom bouwen ze de bekende ronde lemen huisjes met rieten daken. Snel te bouwen, snel af te breken.
Morgen willen we zo’n dorpje gaan bezoeken om kennis te maken met de Masai hier.

Na dik twee uur rijden kwamen we aan bij de ingang van het park. Het park kent geen omheining of hekken. Als de dieren voorbij de grenzen van het dorp komen, is het aan de dorpsbewoners om de Rangers daarvan op de hoogte te stellen. Die zorgen dan dat de dieren weer terug gedreven worden. Daarbij mag geen geweld gebruikt worden. Het lukt of het lukt niet.

Na een korte stop gingen we op pad en op zoek naar het wild. We rijden in een te dikke jeep, met maar liefst 8 zitplaatsen aan het raam en een dak dat omhoog kan. Absolute luxe voor ons viertjes dus. Speciaal voor Gijs hebben ze één stoel verwijderd en hebben ze een koelbox met een kussen er voor in de plaats gelegd, zodat hij zijn been lekker kwijt kan.
Onze chauffeur heet Mike, een rustige en relaxte vent met jarenlange ervaring in de bush. Hij zal de komende dagen bij ons blijven en ons helpen alle beessies te vinden.

En dat laatste is waanzinnig gelukt op deze eerste dag! Wat zijn wij al verwend, zeg. Bizar wat we allemaal al hebben gezien en van hoe dichtbij. Ik weet niet eens waar te beginnen.
Allereerst de bekende grazers; de impala’s, de zebra’s, de wildebeesten. De hele dag door kwamen we deze prachtbeesten in groepen tegen. Zebra’s en gnoes zijn niet voor niets vaak in elkaars gezelschap; zebra’s zijn vooral goed in het spotten van gevaar op verre afstand. Ze hebben hele goede ogen. Gnoes daarentegen zijn juist weer heel goed met hun reukvermogen, waardoor ze gevaar op korte afstand kunnen herkennen. Ze vullen elkaar dus aan, waardoor hun overlevingskansen toenemen. Mooi ook om te zien hoe zebra’s vaak in tweetallen gaan staan, maar dan precies tegengesteld, yin en yang, zodat ze de volle 360 graden samen in beeld hebben.

Bij onze eerste afdaling naar de uitgedroogde bedding van de Tarangire vielen we meteen met onze neus in de boter. Van alle kanten kwamen olifanten aangewandeld die in de grond woelden op zoek naar water. Voor we het wisten, stonden we er met onze auto midden in. We konden ze praktisch aanraken. Steeds als je dacht, gekker kan het niet worden, dook er weer een nieuwe reus op uit de bush aan de overkant en kwam zich melden bij de kudde. Volwassen exemplaren hielpen de kleintjes met het vinden van het water en deden voor hoe ze het er moesten halen en hoe ze met het water en de modder in het rond konden spuiten. Een kleintje van net drie maanden ging zelfs helemaal op de knieën liggen om er met de korte slurf bij te kunnen. Met een hoop trompetgeschal schuurden de dikbuiken langs de jeep op weg naar de beschutting van de acacia bomen aan onze kant van de rivier.
Het was adembenemend. Ik heb al best veel olifanten gezien op mijn reizen, maar zo dichtbij in het wild en in zulke grote getale, dat heb ik nog niet eerder gemaakt. En dit bleek pas slechts een voorgerechtje van ons olifantenmenu vandaag. Bizar hoeveel we er gezien hebben, een paar honderd is niks. Als er ergens een park is met een 100% olifanten garantie, dan is het Tarangire wel.

De volgende beauty bood zich al weer aan; de giraf. Wat een schoonheden zijn dat toch. Heel relaxed deden zij zich hoog in de bomen, dankzij die enorme tongen van ruim 40 cm, tegoed aan de groene blaadjes achter de dikke doornen. Ondanks dat het buurlanden zijn, is de Tanzaniaanse giraf anders dan de Keniaanse variant. Zo heeft de giraf hier bijvoorbeeld hoorns die recht en parallel omhoog staan, terwijl die in Kenia veel meer naar achteren zijn gericht.
We zijn vandaag misschien wel 20 keer langs giraffen gekomen en iedere keer weer verbaas je je over de sierlijkheid en de ogenschijnlijke kalmte van deze pareltjes. En die wimpers, oh die wimpers…… (smelt….)

Ik moet dit wat gaan inkorten. Het liefst klets ik over alle dieren die we gezien hebben, een slag in de rondte, maar dan wordt het een boekwerk.
De aardvarkens met hun slechte korte termijn geheugen. Ze kunnen hard weg rennen voor een jagende leeuw, om vervolgens na 10 seconden vergeten te zijn waarvoor ze aan het rennen waren en doodgemoedereerd weer terug te wandelen richting diezelfde jagende leeuw.
Het struisvogel-koppel dat we tegen kwamen met een hele horde jonkies tussen hun poten. We telden er negen. Ze moesten hard rennen om hun ouders bij te houden. Dit had ik ook nog nooit eerder gezien.
De waterbokken die we tegen kwamen en die vlak naast de jeep bleven staan alsof ze nooit iets te vrezen hebben. Er zat zelfs een albino waterbok bij, helemaal wit. Ook nooit eerder gezien.
Al die verschillende antilope-soorten, van de overal aanwezige impala tot de schuwe piepkleine dik-dik en de indrukwekkende eland, respectief de kleinste en de grootste van de antilope-soort.
Mongoos, het kleine snelle dier dat als een van de weinige beesten de cobra de baas is, die vlak voor de auto overstaken om zich gauw te verstoppen in hun kunstige hoge bouwwerk naast de weg.
En dan heb ik het nog niet over alle vogelsoorten die we hebben gezien; de “gipsy geese”, de “white crown plava” (die zebra’s en gnoes waarschuwen voor gevaar), de “African hoop” met hun prachtige rode snavels, de Heliment Jennifers…..
Enzovoort enzovoort

Het landschap van Tarangire National Park wordt gedomineerd door baobab bomen. Deze karakteristieke bomen kunnen duizenden jaren oud worden. Hun silhouette steekt prachtig af tegen de horizon. Het lijkt of ze verdord zijn, maar niets is minder waar. Deze bomen bevatten heel veel water en olifanten eten dan ook vaak van hun schors om zo aan vocht te komen, vooral in de droge tijd.
De legende vertelt dat God ooit zo boos is geworden op de baobab dat hij ze allemaal heeft opgepakt en ondersteboven in de grond heeft gestoken. En zo zien ze er ook uit. Een enorme dikke stam van enkele meters doorsnee en daarboven lijkt het een wirwar van wortels, al zijn het in werkelijkheid takken. Nooit eerder zag ik er zoveel bij elkaar in een landschap, erg mooi!

Een aantal keren zagen we de Afrikaanse adelaar in zo’n baobab zitten en één keer troffen we een koppel aan op een nest. Vader adelaar een verdieping hoger, zijn ogen op het nest gericht. En moeder adelaar op het nest zelf die af en toe op de rand klom en haar vleugels helemaal uitstrekte om indruk op ons te maken en ons zo weg te krijgen. Wat een enorme spanwijdte hebben die beesten. Dat in combinatie met hun grote scherpe snavel en dodelijke klauwen maakt ze meer dan indrukwekkend. Prachtig!

Vlak voordat we wilden stoppen om te picknicken, zagen we dan toch nog twee leeuwen. Of leeuwinnen beter gezegd. Ze lagen uiterst lui ingeklemd tussen een baobab en een termietenberg en trokken nog geen wenkbrauw omhoog. De een had haar poot op de ander liggen en deze tweede had haar poot ongemotiveerd tegen de boom omhoog gezet.
Pas toen we een uur later dezelfde plek opnieuw passeerden, was er eentje wakker geworden en omgedraaid en konden we haar knappe koppie bestuderen. Zoals al eerder gezegd, is het vinden van leeuwen en andere kat-katachtigen hier niet zo vanzelfsprekend in deze vegetatie, dus dit was een mooie onverwachte bonus.

Onze lunch aten we op hemelsbreed zo’n 150 meter van die leeuwen af. Op dat uur van de dag zijn ze nauwelijks actief, dus zenuwachtig werden we daar niet van. Wij daarentegen waren wel zo hongerig als wat na al die indrukken. Gelukkig bleek onze koelbox gevuld met een waanzinnige lunch, met vleesgerechten, pannenkoeken, zoete broodjes, fruit, komkommers en vruchtensap. Thee en koffie was ook voorradig, aan alles was gedacht. Het enige waar je nog op moest letten, was dat de brutale apen die daar rondstruinden, er niet met je lunch van door gingen. Moeder-apen met kleine baby’tjes hangend aan hun buik stoven van links naar rechts en als je even niet keek, was je de klos.
Ondertussen genoten we, dankzij de hoogte waar we naar toe geklommen waren, van het uitzicht over de Tarangire waar je de wildebeesten en de zebra’s van de ene kant naar de andere zag trekken.
Er zitten overigens geen krokodillen in deze rivier. Dat komt omdat die vers en zoet water moeten hebben, maar hier heeft de rivier een Alkaline-bodem, waardoor het water te zuur wordt voor krokodillen.

Ook na de lunch hebben we weer talrijke dieren gezien zoals hierboven omschreven en stuitten we bovendien vlak voor het einde nog op een groep buffels, waardoor we, na de leeuw, al de tweede van “the big five” konden weg strepen. Deze groep bestond uit oudere mannetjes, een zogenaamde bachelor herd. Enorme bakbeesten met gigantische hoornen op hun kop die ons zo rustig herkauwend aan stonden te kijken dat je bijna vergat dat je hier te maken had met wellicht het gevaarlijkste beest uit de Afrikaanse bush.

Het liep al tegen vijven toen we het park verlieten. Nog geen vijf minuten later arriveerden we al bij ons kamp voor deze nacht: “Sangaiwe lodge”.
Prachtig gelegen, tegen een berghelling aan, met een fenomenaal uitzicht over Lake Burunge, zijn een tiental tent-lodges gebouwd, te fraai voor woorden. Het is eigenlijk een houten frame met een hoog Flinstones gehalte, waarbinnen een grote safari tent staat. Wij slapen met z’n allen in één tent, omdat het ’s nachts niet veilig is om naar buiten te stappen, dus je loopt dan niet “even” naar een andere tent om bijvoorbeeld bij de kids te kijken. Teveel kans dat je een wild dier tegen komt.
Dus een grote tent met een groot 2-persoonsbed en twee 1-persoonsbedden erin. Verder heel basic, maar wel voorzien van een ruime en goed verzorgde badkamer. Supertop dit!
Vanaf je terras op hoogte zie je in de verte de beesten grazen en de roofvogels hoog in de lucht cirkelen, terwijl je getrakteerd wordt op de bijzondere jungle-geluiden.

Wij hebben daar even een colaatje gepakt en toen zijn de kids en ik vast naar the main building gegaan, omdat dat de enige plek is waar ze wifi hebben (tot 21.00 uur). Gauw even wat mails checken en even loeren of op het thuisfront alles goed was.
Ook kon ik daar even mijn reisverslag bijwerken en uploaden.

Sas was er tegen half acht en toen we daarna aan tafel gingen, kwam Mike er ook bij.
Ook hier was het eten weer meer dan geweldig. Een heerlijke preisoep vooraf, gevolgd door een letterlijk “lopend buffet”, want 5 man sterk kwam in een lijn voorbij met schalen waar je van alles af kon pakken. Rode kool, bloemkool, zalig varkensvlees, heerlijke kipgerechten, gebakken aardappelen, voortreffelijke salades en smaakvolle dressings. Weer veel te veel opgeschept natuurlijk…. Ik voorzie wat straftrainingen als ik straks weer thuis ben…
Na een zelfgemaakte appelkruimtaart als toetje namen we afscheid van Mike. We spraken af dat we morgen om 06.00 uur gewekt zouden worden om de zonsopgang te bewonderen, dat we om 07.00 uur aan het ontbijt zouden zitten en om 08.00 uur zouden vertrekken voor het volgende avontuur.

Wij sloten de avond af met een laatste biertje en ik typ nu gauw nog even tegen de klippen op dit verslag af. De man met de hamer heeft zich alweer gemeld bij de tentdeur, dus het zal niet lang duren of mijn luiken gaan ook dicht. Maasje ligt al lekker te snurken onder haar klamboe, de rest volgt al gauw.
Wat een topdag was dit, wat een start van de safari. Morgen pakken we weer een ander deel en ik kijk er nu al weer naar uit!

(Foto's plaatsen is een drama hier. Ben al blij dat ik de tekst kan plaatsen met de aan/uit wifi... Ik hoop later deze week alle foto's te kunnen plaatsen)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Tanzania, Tarangire National Park

Tanzania/Zanzibar 2018

Een compacte trip met safari en karate in Tanzania, en relaxen in Zanzibar.

Recente Reisverslagen:

01 November 2018

Nawoord

28 Oktober 2018

27/28-10-2018

28 Oktober 2018

26-10-2018

26 Oktober 2018

25-10-2018

25 Oktober 2018

24-10-2018
Joost

Actief sinds 25 Maart 2008
Verslag gelezen: 179
Totaal aantal bezoekers 89941

Voorgaande reizen:

19 Oktober 2018 - 28 Oktober 2018

Tanzania/Zanzibar 2018

10 Juli 2017 - 11 Augustus 2017

Sulawesi en Yogjakarta

11 Juli 2016 - 18 Augustus 2016

Java - Bali - Cairns

04 April 2016 - 14 April 2016

Japan; in de voetsporen van Sosai Mas Oyama

24 Juli 2014 - 06 Augustus 2014

Thailand 2014

22 Juli 2012 - 10 Augustus 2012

Rondreis door China

03 Juli 2011 - 28 Juli 2011

Darwin - Nhulunbuy - the Wessels

30 November -0001 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: