Darwin, 2e keer - Reisverslag uit Darwin, Australië van Joost Veld - WaarBenJij.nu Darwin, 2e keer - Reisverslag uit Darwin, Australië van Joost Veld - WaarBenJij.nu

Darwin, 2e keer

Door: Joost

Blijf op de hoogte en volg Joost

26 Juli 2011 | Australië, Darwin

Darwin, 25-07

The Siri of the sea is een Tayana 37. Tayana betekent “hoort toe aan de oceaan” en 37 slaat op de lengte in voeten.
Het is een ontwerp van de amerikaanse designer Jeff Perry, een van de beste bootontwerpers van Amerika, met veel prachtige ontwerpen op zijn naam.
Het schip is een kopie van een “Gloucester fishing derry”, een type kabeljauwboot van Nova Scotia uit 1930.

The Siri, nr 372 van dit type, is gebouwd in Taiwan, in de Taiwane Shipyards.
Officieel is het te water gelaten in Florida, in april 1979. Het is toen twee keer the Atlantic overgestoken, van Florida naar Kaapstad en weer terug.
Daarna is het van eigenaar verwisseld en is het naar St. Louis gegaan, waar het 15 jaar lang trouw dienst heeft gedaan als Mississippi Bell.
Het is daar dat het de naam heeft gekregen, the Siri of the Sea. “Siri” is een hele oude scandinavische meisjesnaam en betekent schoonheid.

Toen is het gekocht door een stel dat er mee is gaan varen over the Pacific naar de Samoa eilanden. Ze kregen onderweg te maken met een heftige storm en toen ze eenmaal in Samoa waren, hebben ze de boot meteen gelaten voor wat het was, bang geworden door het noodweer op de oceaan.

Toen het in de haven van Samoa lag, kwam er een heftige cycloon over, die een grote boot los deed slaan van de drijvende pier. Deze grote boot werd door de storm alle kanten opgezwiept, liet maar liefst zes schepen zinken en beukte ook op de Siri in. De Siri kreeg flink wat schade te verduren aan het frame en aan stuurboordzijde zat een deuk van wel 25 cm diep.
Dankzij een 40 cm dikke en solide fiberglass geraamte overleefde de Siri zonder echte verdere structurele schade.

Het schip werd gekocht door een amerikaanse country&western zanger en zijn vriendin uit Samoa en samen zijn zij er mee naar Australie gezeild.
Toen hun reis er op zat, hebben ze de boot verkocht aan een australische bushpilot en die heeft het uiteindelijk in 1998 verkocht aan de huidige eigenaar, Ronnie Wiggins.

Het is niet alleen een prachtige boot om te zien, het is ook nog eens een boot die ontworpen is voor extreme weerscondities. Opvallend is de achterboeg, die twee pointers heeft. Het schip heeft een “life boat stern” dat de bemanning is staat stelt om tijdens heftig weer een anker over de achterboeg te slepen en zo een storm uit te zitten.
Het is “cutter rigged”, hetgeen betekent dat er 1 grootzeil op zit en twee voorzeilen (headsail en staysail). Het heeft een volle kiel van mast tot achterboeg.
De boot heeft een lengte van ruim 11 meter, een maximum breedte van 3.40 meter en een diepgang van 1.87 m.
Het leeggewicht van de boot is 11.500 kg, maar met alles gevuld en vol beladen kom je al gauw op 15.000 kg.

De boot is van binnen praktisch ingericht. Vanaf de cockpit daal je via een kleine houten trap af in de kajuit, waarbij je rechts van je de navigatietafel hebt, een klein bureautje met de kaarten, de gps, de radio’s, de computer etc. Links van je is het keukentje, klein, maar wel uitgerust met 2-pits gasstel, een oven, een koelkast en een dubbele wasbak met zowel stromend zout als zoet water.
Dan loop je door het leefgedeelte. Overdag is dat een bankje aan de rechterzijde en links van het gangpad een tafeltje met een bank in de vorm van een C eromheen.
‘s Avonds laten we die tafel op gelijke hoogte zakken als de bankjes en wordt het een groot bed voor Sas en mij, terwijl Gijs de nacht doorbrengt op het bankje aan de rechterkant en Maasje op dikke kussens in het gangpad ligt.
Loop je nog verder door, dan passeer je het toilet. Een kleine ruimte met een prima functionerende wc, voor alle boodschappen geschikt, en een wasgelegenheid. Ook hier stromend zout en zoet water.
In de punt tenslotte de master bedroom, een 2-persoonsbed dat beperkt is in hoogte, maar die wel lang en breed genoeg is. NIets mis mee.

Zelfs met ons zessen hebben we hier zonder problemen op kunnen leven. Af en toe een beetje schipperen met de ruimte, maar het heeft tot nog toe geen enkele keer tot ergernis geleid. Helemaal prima.
Al met al echt een schitterende boot, prachtig om te zien, heerlijk om te bevaren en prettig om in te verblijven.
En vanochtend doen we daar voor de laatste keer deze reis onze ogen open.....


Wat is het ineens allemaal snel gegaan.
Eigenlijk zou ik vanochtend nog helpen om Ronnie boven in de mast te takelen, maar de wind is naar het zuiden gedraaid en daardoor is er een deining in de baai ontstaan die de Siri flink doet rollen. In de kajuit ga je al redelijk heen en weer, laat staan wat er met je gebeurt in de top van de mast. Ronnie ziet dus af van de exercitie en dat geeft mij gelukkig ook weer wat meer vrijheid, al vind ik het wel een beetje lullig voor hem. Ze zullen het euvel namelijk wel moeten verhelpen voor ze van deze plek kunnen wegzeilen en voor Annie is het een behoorlijk zware klus om hem naar boven te takelen.

Sas en Annie besluiten om door de boot te gaan en alle laden en kastjes af te struinen en de koffers te pakken. In de tussentijd ga ik vast met de kids naar het strand. Het schip rolt ondertussen zo ernstig dat Maasje er al een beetje zeeziek van wordt, dus die moet gauw vaste grond onder haar voeten.
Voor de allerlaatste keer klimmen we in de dinghy en voor de allerlaatste keer zingen de kinderen het lied van the crocodile.

Op het strand naast het strand waar we de afgelopen dagen hebben gebivakkeerd, vinden we een mooi plekje, op luttele meters van het exacte punt dat we aan lengte- en breedtegraden hebben doorgegeven aan de helicopterfirma. We hebben schaduw van een grote naaldboom, prachtig zicht op de Siri en de baai en bovendien een mooie blik op het binnenland.
Op een vlak stuk zand tekenen we met onze voeten een grote cirkel, met daarin een hele grote H. Dat moet genoeg zijn voor de vlieger om te herkennen als landingspunt.

Terwijl Ronnie terug gaat naar de boot, ontbijten de kleintjes en ik op het gemakkie op het strand en daarna wandelen we een stuk landinwaarst. Ik had de zoetwaterpoelen hier nog niet gezien en de kids wisten die nog blindelings te vinden. Vier poelen op een rijtje met helder drinkbaar water. De laatste is zelfs zo groot dat je er in zou kunnen zwemmen. Annie en Ronnie hoeven zich dus voorlopig geen zorgen te maken over het drinkwater.

Ronnie kwam nog even in de problemen toen zijn buitenboordmotor het begaf. Er was fijn zand in het inlaatsysteem gekomen, waardoor de motor ermee stopte. Hij heeft het hele eind naar de Siri moeten roeien, waar hij gereedschap had om de boel weer aan de gang te krijgen.

Niet veel later arriveerden ook Sas en Annie, met alle bagage. Sas heeft op het vorige strand alle schelpen opgehaald die we verzameld hadden en heeft een selectie gemaakt van degenen die ze mee wil nemen naar NL. Met de mega-grote clamshells erbij is het nog een aardige klus om alles weg gestashed te krijgen. We besluiten om de handdoeken en lakenzakken achter te laten voor Annie, hetgeen net genoeg ruimte geeft.
Mijn professionele duikersmes geef ik aan Ronnie. Die zal ‘m ongetwijfeld beter kunnen gebruiken dan ik, en vooral ook vaker. Hij is er heel erg blij mee, dus het is goed besteed. Een mooi aandenken voor hem.

Dan volgt “de officiele ceremonie”. De kinderen worden geroepen en moeten zij aan zij tegenover de kapitein gaan staan. Captain Ronnie geeft een kleine speech voor ze en overhandigt hun vervolgens een heus diploma. Gijs en Maasje zijn officieel beedigd als “midshipman”, daar ze zich voldoende hebben weten te bekwamen op de boot en ook de nodige knopen hebben geleerd (mastworp, achtknoop). Bovendien hebben ze voor een hoop gezelligheid gezorgd.
De kids vonden het super. “Oh, wauw, dus nu mag ik op ieder schip!”, riep Gijs uit.

Ook kregen we de visa voor de aboriginal-eilanden die we hebben mogen bezoeken, een mooi aandenken. Later hoorde we ook van de vlieger dat het maar weinig mensen is gegund om een permit voor al deze stranden te krijgen. Echt wel bijzonder dus.

En dan ineens....... het geluid van een rotor. De helicopter komt eraan. Veel vroeger dan verwacht eigenlijk, het is net een uur geweest. Maar het voelt ook wel als een opluchting, want behalve een mondelinge toestemming hadden we verder geen harde bevestiging dat ze vandaag zouden komen. En waren ze niet gekomen, dan hadden we toch wel een probleempje gehad.....

Maar goed, niet veel later verschijnt de heli boven het strand. Hij cirkelt nog een keer rond, komt tegen de wind aan vliegen en zet ‘m op een paar meter afstand op het zand. De vlieger is een aardige kerel, jonge vent nog, casual gekleed in spijkerbroek en overhemd, met grote tattoo’s van draken op zijn arm en een zwarte Blues-Brothers zonnebril op. Hij opereert voor Jay-Row Helicopter charters in dit deel van Australie.

Hij was zelf nog niet eerder op dit eiland geweest, of uberhaupt op een strand van de Wessels, dus voor hem is het ook een mooie ervaring.
Het blijkt dat we door het oog van de naald zijn gegaan, want hij vertelt dat hij tot vanochtend 10.30 uur helemaal niet op de hoogte was van deze vlucht. Hij belde per toeval met zijn baas in Darwin en vroeg of het klopte of hij helemaal niets te doen had vandaag. Toen kreeg hij te horen dat er wel degelijk een vluchtje was, hij moest een paar Dutchies van het strand halen... Had hij niet gebeld, dan hadden wij er nu nog gestaan...

Dus een onverwacht snel afscheid van Annie en Ronnie, die het zichtbaar moeilijk hebben. Wat zijn zij gastvrij geweest en wat hebben ze ons een mooie weken bezorgd. We moeten zeker weer terugkomen over een paar jaar en waarschijnlijk gaat Annie in 2013 naar Engeland voor een week of zes en kan ze de oversteek naar ons ook even maken.
Na nog wat foto’s van ons allemaal voor de stoere helicopter stappen we in. Sas en de kleintje allemaal naast elkaar op de achterbank en ik naast de piloot. We krijgen zwemvesten om, want we zullen immers een flink stuk over water vliegen en gespen onszelf in de riemen. Iedereen heeft een headset, zodat we elkaar kunnen verstaan.
Een paar minuten later begint de rotor te draaien en gaat de duim omhoog. Off we go!
Annie en Ronnie moeten bukken voor de striemende zandregen, terwijl wij langzaam uitklimmen. Ik vraag de vlieger om nog even een low-over te maken en dat is geen probleem. I.p.v. meteen rechts uit de flank te gaan, draait hij linksom en nog eenmaal vliegen we over de baai, over de Siri en over Annie en Ronnie die uitbundig staan te zwaaien in de branding.
Dan wordt de koers zuid-oost en klimmen we naar 700 voet. We hebben een prachtig zicht op the hole in the wall en de rest van het eiland. Dan kruisen we verder over zee. Je hebt een prachtig uitzicht aan alle kanten. Voorin kun je zelfs door de vloer naar beneden kijken en je hoopt stiekem dat de groep dolfijnen nog een keer door de golven springt. Dat gebeurt echter niet, maar doet niets af aan de pracht van de vlucht.
De kids genieten met volle teugen op de achterbank. Dolenthousiast volgen ze alles wat op de grond voorbij komt.

Na een klein half uur vliegen bereiken we het vasteland en passeren we Cape Wilberforce en No Name Bay, waar we de eerste dagen van de zeilreis hebben doorgebracht, na de storm op de eerste stretch. Mooi om deze baai nog eens van boven te zien. Wat een kleurenpracht.
In de verte doemen de mijn en de raffinaderij van Nhulunbuy op en zien we de grote vrachtschepen liggen voor de baai, wachtend tot ze aan de beurt zijn om afgeladen te worden.
Her en der zie je grote bosbranden, gecontroleerde vuren om het woud in goede conditie te houden.
Dan doemt het vliegveld op en na 46 minuten vliegen landen we pal voor de terminal van general aviation, vlak naast een sprinkler die vrolijk het gras staat te sproeien. De vlieger moet dus eerst uitstappen om de kraan dicht te draaien alvorens we uit kunnen stappen.

We kunnen daar gelukkig wat blikjes drinken kopen en laten ons met een busje naar de hoofdterminal brengen. Die is echter gesloten en gaat pas om 18.00 uur weer open, puur en alleen voor onze vlucht naar Darwin.
Op een bankje voor de ingang van de terminal nestelen we ons en wennen we langzaam weer aan de bewoonde wereld. Nou ja, bewoonde wereld, je telt hier twee auto’s per uur, dus we kunnen rustig aan acclimatiseren.
Met frisbee, tennisbal en wat wandelen doden we de drie uurtjes die we moeten wachten.

Inderdaad komt om zes uur een busje met een handjevol officials die de incheckbalie en de scanners bemannen. Een heel vliegveld wordt opengegooid voor zo’n 15 reizigers die zich melden.
Bij Pete, die het enige kioskje van de luchthaven runt, kopen we heerlijk steak pies en wat te drinken, en nieuwe slippers voor Gijs. Van hem horen we het eerste nieuws in weken tijd en vrolijk word je daar niet van. Hij vertelt over het drama in Noorwegen. Wat een wereld. Je zou het liefst alles uit je handen willen laten vallen en terug willen gaan naar Siri.

Dan landen kort na elkaar twee vliegtuigen, een kleine turboprop van air north en de B-717 van Qantas. Wij stappen in de laatste en twintig minuten later stijgen we op.
Het is inmiddels donker buiten en dan valt pas op hoeveel bushbranden er zijn. Overal waar je ook kijkt, je ziet steeds wel een flinke brandhaard onder je.
Ook een uur later, als we de daling naar Darwin inzetten, zien we de nodige vuurhaarden in Kakadu National Park.
Gijs heeft ondertussen vrienden gemaakt. Uit zichzelf is hij het gangpad overgestoken en staat daar te communiceren met “Max”, een 9-jarige Australische jongen die ook met een Pokemon-spelletje bezig is. Zeker 20 minuten weten ze met elkaar te babbelen en van alles uit te wisselen op hun nintendo’s. Het zijn dit soort momenten dat je je ineens realiseert hoe hard het gaat en hoe groot ze worden.

Op Darwin gaat alles weer te soepel. Shuttlebus is er twee minuten na mijn belletje en letterlijk tien minuten na de landing zitten we in het hotel. Perfect!
Dit hotel hoort bij ons eerste hotel en ligt aan de overkant van de straat. Maar het is een wereld van verschil. Dit is een heus resort, heel mooi ingericht, met mooie tuinen, een prachtig (maar waarschijnlijk wel weer heel koud) zwembad en nette huisjes en appartementenblokken. Wij hebben een “family-room”, kleiner dan de eerste dagen, maar helemaal prima.
Heerlijk om weer eindeloos onder een warme douche te kunnen staan en niet zuinig te hoeven doen met water en/of zeep. Drie weken zout water wordt uit de haren gespoeld en de baard kan er weer fatsoenlijk af.

Het is al met tegen elven als de kids kunnen gaan slapen. Wat hebben zij zich weer super door de dag heen geslagen. Met hun wil ik wel de hele wereld over reizen!
Van de bar beneden heb ik een goede fles Merlot gehaald en die hebben we op het balkon open getrokken. Uitkijkend over de palmbomen nemen we samen de afgelopen weken nog eens door. Wat waren die bijzonder.
Iets na middernacht gaat bij ons ook het licht uit. Vreemd, maar wel heel lekker om weer eens in een groot zacht bed te kruipen. Er is dan ook niet veel voor nodig om gauw in een diepe slaap te geraken.

  • 26 Juli 2011 - 06:50

    Rinus (BP):

    Hoi Sas en Joost, vanmorgen 26-07, werd mijn mailbox gevuld met 7 emails die duidelijk maakten dat jullie down under wederom aan een bijzonder en (hopelijk) leuk avontuur bezig zijn.
    Als ik het goed begrijp hebben jullie de Wessel Islands al achter jullie gelaten en waarschijnlijk een belevenis ervaren die enorme indruk heeft gemaakt en onvergetelijk is.

    Vanavond ga ik jullie verslagen, met gevoelens van jalouzie lezen.
    Enjoy mates!

    Groet uit een regenachtig Europoort......

  • 27 Juli 2011 - 16:21

    Menno En Thomas:

    Ik wist niet eens wat een Boeing 717 was. weer wat geleerd!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Darwin

Darwin - Nhulunbuy - the Wessels

Een nieuw avontuur is begonnen!

Vandaag, zondag 3 juli, zijn we aan een nieuw avontuur begonnen.
Wederom in Australie, maar dit keer in een ander gebied en vooral, op een totaal andere manier.
Zaten we vorige keer drie maanden in een camper en volgden we de oostkust van zuid naar noord, ditmaal gaan we op een kleine zeilboot de onbewoonde eilanden ten noorden van Australie verkennen en zullen we ruim drie weken letterlijk van de radar verdwenen zijn.

We beginnen onze reis in Darwin, waar we twee dagen zullen doorbrengen om aan het tijdsverschil te wennen.
Daarna vliegen we naar Nhulunbuy (Gove), een klein plaatsje in het uiterste noorden van the Northern Territory. Hier ligt The Siri of the Sea, een mooie zeilboot van Annie & Ronnie, een stel dat we in 2008 op Lizard Island hebben ontmoet en dat permanent op die boot woont. Acht maanden per jaar zeilen ze over de wateren rond Australie en alleen tijdens het hurricane-seizoen zoeken ze een veilige haven op. Meestal is dat Cairns, maar deze keer was dat dus Nhulunbuy.

Met hun zeilen we vervolgens pal noord. We gaan naar de “Wessels”, een eilandengroep waar alleen enkele aboriginal-stammen leven en waar de tijd heeft stil gestaan. Op voorhand hebben we van de stam-oudsten toestemming gekregen om enkele eilanden te betreden, zelfs enkele eilanden die als heilig zijn aangemerkt.
Zodra we het vasteland hebben verlaten, verdwijnen we uit de ether. Er is geen bereik meer voor telefoon en internet, en de kans om andere mensen tegen te komen, is ongeveer net zo groot als 5 balletjes goed bij de lotto.
We hebben vantevoren lengte- en breedtegraad doorgegeven aan een helicopter-charter bedrijf in Darwin, van de locatie waar we hopen te zijn op 25 juli en die zullen ons dan uit het water oppikken met een heli en terugvliegen naar Gove.
In de weken daartussen zullen we een zijn met de natuur en zullen we op zoek gaan naar dieren op land en in water. Bovenaan het lijstje staat de dugong, de schuwe zeekoe die zich in en rond Australie steeds minder laat zien. Maar het lijstje is veel en veel langer en we hopen ze allemaal te zien.

Ons vorige verslag op internet (vantveld.waarbenjij.nu) is uiteindelijk meer dan 11.000 keer bekeken en een flink aantal mensen had nu ook weer gevraagd om een dergelijk dagboek bij te houden.
Een tweede reis is dus inmiddels aangemaakt op die site. Daarin zal het reisverslag met foto’s van deze nieuwe reis geplaatst worden.

Adressenbestanden uit hotmail en outlook zijn daar automatisch ingekopieerd, dus vandaar dat jullie nu ook deze eerste inleiding krijgen.
Vind je het leuk om af en toe een update te krijgen, dan hoef je niets te doen. Mocht je er niet op zitten te wachten, dan is een druk op de knop voldoende om je uit het bestand te halen.
Overigens zal het deze keer dus anders zijn, omdat we nu maar een paar keer in de gelegenheid zullen zijn verhalen en foto’s te uploaden. Tussen 8 en 25 juli zal er sowieso niets verstuurd worden.


Het belooft in elk geval een mooi en uniek avontuur te gaan worden.
Cheers mate!

Recente Reisverslagen:

29 Juli 2011

Nawoord en foto's

26 Juli 2011

Darwin, 2e keer

26 Juli 2011

Raracala Island, the other side

26 Juli 2011

Raracala Island, weatherside

26 Juli 2011

Astrell Island
Joost

Actief sinds 25 Maart 2008
Verslag gelezen: 376
Totaal aantal bezoekers 89965

Voorgaande reizen:

19 Oktober 2018 - 28 Oktober 2018

Tanzania/Zanzibar 2018

10 Juli 2017 - 11 Augustus 2017

Sulawesi en Yogjakarta

11 Juli 2016 - 18 Augustus 2016

Java - Bali - Cairns

04 April 2016 - 14 April 2016

Japan; in de voetsporen van Sosai Mas Oyama

24 Juli 2014 - 06 Augustus 2014

Thailand 2014

22 Juli 2012 - 10 Augustus 2012

Rondreis door China

03 Juli 2011 - 28 Juli 2011

Darwin - Nhulunbuy - the Wessels

30 November -0001 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: