Lizard Island - Reisverslag uit Sydney, Australië van Joost Veld - WaarBenJij.nu Lizard Island - Reisverslag uit Sydney, Australië van Joost Veld - WaarBenJij.nu

Lizard Island

Door: Joost

Blijf op de hoogte en volg Joost

13 Augustus 2008 | Australië, Sydney

31-07
Hehe, weer een heerlijk relaxed dagje beleefd vandaag. Vanochtend op het gemakkie wakker geworden, gedouched en aangekeuteld. Daarna weer naar Cooktown gereden.
Buiten enkele verplichte nummers en een bakkie van Jackey-Jackey, die vandaag ineens z'n zwijgen verbrak en goedgemutst een complete lezing ging geven over de koffie die verbouwd wordt in Mareeba en de omliggende Tablelands en wat voor geweldige andere dingen daar vandaan komen.
Buiten dat zijn we vandaag naar het Captain Cookmuseum gegaan. En dat was zeer de moeite waard. Het zit gevestigd in een oude nonnenschool, een prachtig oud pand halverwege de licht glooiende heuvel achter het centrum.

Het museum draait om een aantal thema's. Uiteraard ook hier weer veel aandacht voor Captain Cook en zijn landing in Cooktown, bekeken vanuit zowel europees als aboriginal perspectief. En ook hier zag je duidelijk hoe Cook en zijn bemanning weinig problemen hadden met de aboriginals doordat ze vreedzaam kontakt probeerden te leggen en respect voor elkaar toonden. Hoe anders dan de bloedige confrontaties met de de goudzoekers een eeuw later.
Verder waren er ook zaaltjes ingericht voor de geschiedenis van de aboriginals, de goldrush, het klooster en diens bewoners, de impact van de twee wereldoorlogen en zelfs een stukje chinese geschiedenis vanwege hun uitgebreide deelname een de goudkoorts.
Alles heel leuk en overzichtelijk gepresenteerd in erg mooie kamers. Vanaf het grote balkon aan de voorkant had je een werkelijk schitterend uitzicht over Cooktown en de haven.
We hebben er bijna twee uur rondgedrenteld en alhoewel het voor de kleintjes natuurlijk af en toe wat saai was, hebben zij zich er ook wel weten te vermaken.
Al met al een absolute aanrader!

Vandaag waren we wel op tijd terug op de camping, zodat de kleintjes erbij konden zijn als de paarden gevoerd werden. Op zich geen hele spectaculaire gebeurtenis en het was niet dat de kinderen daadwerkelijk mee mochten voeren, maar dat kwam misschien omdat het nu gedaan werd door de tijdelijke zaakwaarnemers nu Terry nog in het ziekenhuis lag. Mocht de pret niet drukken, de kids konden de paardjes aaien en vonden dat allang leuk.

Met die Terry ging het alweer wat beter, maar het was nu wel duidelijk hoe hij door het oog van de naald was gekropen. De bewuste boom was een joekel van zo'n 40cm in doorsnede en 15m hoog. Die is van achter de trekker boven op hem gevallen. Hij heeft het "geluk" gehad dat de boom net naast het midden viel en nu dus op z'n rechterschouder terecht kwam en vervolgens naast de trekker viel. Was de boom 20cm meer naar links gevallen, was hij geplet tussen boom en stuur, en had hij het waarschijnlijk niet na kunnen vertellen.

Nu de stemming weer wat optimistischer was, durfde ik ook wel weer met goed fatsoen over het bootje en de ontbrekende fueltank te beginnen. En tot m'n grote vreugde deed deze vriendelijke vriend niet moeilijk en heeft hij beloofd om morgen de fueltank aan boord te brengen en aan te sluiten.
Hij adviseerde me wel om iets voor het laagste punt op zoek te gaan, omdat er veel bomen in de rivier drijven momenteel en je anders vast kan lopen, ofwel gedwongen wordt te dicht langs de oevers te gaan. En dat laatste wil je niet, want een krokodil het gevoel geven dat hij geen kant meer op kan, is het laatste wat je wilt...
Dus plan is nu dat ik morgen iets voor laagtij ga varen.

Het is vandaag echt druk op de camping. Meer dan de helft van de sites zijn bezet. Maar zelfs dan waan je je nog steeds alleen op de wereld, want het terrein is zo immens en de sites zijn zo groot en ver van elkaar verwijderd en er is zoveel groen tussendoor, dat we vanaf ons plekje niemand anders kunnen zien. Enkel een rookpluimpje in de lucht verraadt af en toe het kampvuur van een andere happy camper.

Na het eten moest ik nog even weg met de camper voor de een na laatste voorbereiding voor ons volgend verzetje. Sas en de kids zijn bij het kampvuur gebleven. Op weg naar de telefooncel in het donker sprongen de kikkers met reuzesprongen over de weg en zochten de wallabies een veilig heenkomen. Een mooi gezicht.

Het vuurtje was trouwens rap aangestoken vandaag, omdat het nog nasmeulde van ons vuur van gisteren. Wat fijngehakt hout en droge blaadjes, even blazen en hoppa, het vreugdevuur deed het weer.
Kids liggen erin, dus het is weer tijd om vallende sterren te tellen...

01-08
Captain Cook en zijn crew waren de eerste niet aboriginal mensen die voet zetten op Lizard Island. Nadat ze hun schip hadden opgelapt in Cooktown voeren ze naar het noorden en stopten ze hier om naar de top te klimmen en vandaar een veilige weg te bepalen door het Barrier Reef. Ze vernoemden het eiland naar de hele grote hagedissen die van dezelfde familie afstammen als de Komodo varaan.

Jigurru (Lizard Island) werd af en toe bezocht door aboriginals die het als heilige grond zien, maar was voor de rest onbewoond tot ongeveer 100 jaar later. Toen kwam Robert Watson daar wonen, later gevolgd door echtgenote Mary, hun baby en twee chinese bedienden. Robert Watson begon daar een zeeslak-kwekerij. Toen hij in oktober 1881 een paar weken ging vissen op zee, werd het huis aangevallen door aboriginals, waarschijnlijk omdat ze kwaad waren dat heilige grond bewoond werd. Een chinese bediende werd gedood en Mary, haar baby en de andere bediende vluchtten in een oude productieketel. Ze dobberden dagenlang rond en stierven uiteindelijk van de dorst op een klein eilandje naar het noorden. Van deze laatste dagen hield Mary een dagboek bij dat in Brisbane in een museum ligt.

Lizard Island, het meest noordelijk van de Great Barrier Reef-eilanden ligt ongeveer 100km noord van Cooktown. Het heeft meer dan 20 waanzinnige stranden en een praktisch onaangetast koraalrif dat geroemd wordt onder duikers en snorkelaars. Verder kun je er prachtig wandelen, o.a. naar Cook's Look op 360m hoogte (zie boven), vanwaar je schitterende vergezichten hebt.
Er staat een heel luxe resort met 40 villa's, waar 1 nacht net zoveel kost als ons maandbudget hier. Maar er is ook een hele bijzondere QPWS-camping met 5 plaatsen (!). Zeer gelimiteerd en dus heel rustig.
Lizard Island is al een paar keer verkozen tot 's werelds mooiste strand en 's werelds mooiste snorkelplek.

De afstand van Cooktown (100km) en van Cairns (ruim 250km) maakt dat er maar weinig mensen komen. Per boot is praktisch niet te doen en dan blijft dus alleen nog transport door de lucht over...

En dat is wat we geregeld hebben! Morgenochtend om 08.00 uur stijgen we met een watervliegtuigje op vanaf Cooktown Airport en landen we ruim een half uur later op het water van Watson's Bay op Lizard Island!
Vier nachten slapen we dan in een tent op het strand en we worden dan pas weer woensdag 6 augustus opgehaald.

Dit wordt echt kikken. Vliegen in een watervliegtuig is al een belevenis op zich, helemaal als die landt bij een ongekend paradijs ergens in the Coral Sea om daarna tot het witte strand te taxiën, waarop je vervolgens kamp gaat maken.
Maar ook de vlucht zelf gaat iets bijzonders worden, want we zullen een prachtig zicht hebben op het rif en alles daaromheen.

Deze laatste dag stond dan ook weer voor een groot deel in het teken van de voorbereidingen. Proviand moest er gekocht worden voor 5 dagen, de apotheek moest bezocht worden voor spul tegen zandvliegen, de lokale bottleshop moest het ontgelden (al moest ik het ook ontgelden toen ik commentaar had op z'n prijzen. "Steep prices?! You have any idea where you are, boy?! This is Cooktown, mate, far Northern Queensland! How easy you think it is to get it here?" En hij heeft gelijk ook. Transport moet een vermogen kosten naar zo'n uithoek als hier), kleren moesten gewassen worden, kampeerspullen opgehaald etc. etc.
De winnebago zoefde van links naar rechts door Cooktown.

Voor we aan die waslijst begonnen, zijn we eerst nog een wandelingetje gaan maken over de begraafplaats van Cooktown. Een prachtige plek, midden in bosjes tropisch regenwoud, met aparte begraafvelden voor Christenen, joden, chinezen en zelfs "rebels", met een aantal graven van bekende namen uit de Cooktowngeschiedenis, zoals bijv. die van Mary Watson en haar baby van Lizard Island.
Op zich al een belevenis om met G+M over een begraafplaats te lopen:
Maas:"En wie is hier nu weer gestorven?"
Gijs: "Dat is het babietje, Maas, van die ene vrouw."
Maas:" Maar aan welke kant liggen de benen dan?"
Gijs: "Wauw, kom gauw kijken. Ik heb allemaal Heren Jezussen gevonden!" (hoop kruizen bij elkaar)

Om half twee moesten we op het vliegveld zijn. Even kennis maken met de vlieger, Chris, een aardige vent uit Guernsey die samen met z'n partner daar alles heeft verkocht en opgezegd om hun geluk in Australië te beproeven. Hij heeft hier zijn brevet gehaald en een kist geleased en nu vliegt hij vanuit Cooktown.
We moesten ook allemaal op de weegschaal! Hij heeft maar een bepaalde payload en daar houdt hij zich strikt aan. Alles wordt gewogen, t/m flippers toe.
De confronterende getallen op het schermpje waren niet al te opbeurend voor deze happy campers, maar dat terzijde. Opvallend was trouwens dat G+M nog maar 700 gram (!) scheelden, terwijl er toch 15 maanden tussen zit! 18,4 tegen 19,1 kg.
Morgenochtend om half acht dienen we weer op het vliegveld te zijn om dan rond 08.15 uur het luchtruim in te speren. Wordt vervolgd!

Afijn, al met al liep het tijdstechnisch weer uit de hand, dus hop, hop, naar de campsite, hop, hop, naar het bootje en hop, hop, starten met die bak. Dat ging niet al te soepel, want het was bijna laagtij en de boot lag verzonken in de modder, maar na een hoop gedoe plonsde hij het water in.
Met Sas afgesproken hoe laat we elkaar weer zouden treffen en toen kon ik eindelijk op kroko-jacht.
Doordat ik te laat vertrok, was de waterstand al heel laag. Dat maakte het varen niet gemakkelijk. De schroef tikte voortdurend tegen de bodem.
M'n plan was om twee lagunes af te gaan waar Charlie en z'n harem zou kunnen zitten. Vlak voor de eerste lagune was een boom in het water gevallen die bijna over de gehele breedte van de rivier lag. Links ervan was nog net wat ruimte en daar probeerde ik er langs te gaan.
De schroef sloeg daar echter in het zand en het was met het nodige kunst- en vliegwerk dat ik er voorbij kon. Het water was nog niet op z'n laagste punt, dus ik besloot om de eerste lagune uit te checken en dan terug langs die boom te gaan voor ik er überhaupt niet meer langs kwam.
Charlie heb ik niet gezien, maar wel een jonge krokodil die haastig het water opzocht toen ik aankwam geprutteld en later ook nog een grotere die achter m'n bootje haar kop uit het water stak. Dat was een volwassen ezemplaar, maar ook niet Charlie. Ik vermoed één van de dames.
Het is wel kikken, hoor, om daar in je dooie eentje die rivier af te zakken in dat kleine sloepje, met niets dan stilte, muggen en een enkele kingfisher om je heen, terwijl je weet dat er overal van die zware jongens kunnen zitten. Een hele aparte ervaring.
Terug langs die boom kwam ik inderdaad even vast te zitten, wat ik al vermoedde en het duurde even voor ik daar uit was. Verder verliep de terugreis soepel.
Toen Sas en ik later de boot weer op de kant trokken, zagen we duidelijk de sporen van een krokodil op onze bootramp. Tijdens mijn vaartochtje heeft zo'n groene boef daar even rondgescharreld.

Onze laatste avond hier. Misschien slapen we de 6e 's avonds hier nog een nachtje, maar Sas heeft vandaag een nederlands meisje ontmoet die hier al jaren woont en die heeft aangeboden om op haar grond te kamperen. Ze heeft 16ha, dus daar moet wel een plekje te vinden zijn. We hebben adres en telnr., dus misschien doen we dat nog wel.
En anders terug naar hier. En in dat geval probeer ik nog een tochtje in de boot, maar dan een paar uur voor laagtij. Ik ben Charlie nog niet vergeten...

Wij gaan ons opmaken voor ons grote avontuur. Ik spreek u morgen vanaf het exotische Lizard Island!

02-08
Oke, wil iemand even in mijn arm knijpen!
Wauw, wat was dit gaaf! Eerst een fantastische vlucht gehad op 1000' over de Koraalzee, een landing in de wonderschone Watson's Bay, een supergave camping net achter het witte strand en als klapper op de vuurpijl: Wij zijn de enigen!!!

We zijn vroeg opgestaan deze morgen en waren klokslag 07.30 uur op het vliegveld, waar Chris, onze vlieger, ons opwachtte. Chris is een aardige vent, maar wel heel erg precies. Op zich prima, maar ik denk dat hij voor zijn charterbedrijfje iets flexibeler moet zijn. Maar goed, het feit dat hij net z'n brevet heeft en net begonnen is, speelt waarschijnlijk mee. Slijt nog wel.
Alles werd weer opnieuw gewogen en ja hoor, we zaten een paar kilo overweight. Bleek dat we 30 kilo minder mee mochten nemen dan hij gisteren aangaf, omdat hij de kist had afgetankt. Wat een gedoe werd dat om een paar kilo. Vooral omdat we echt niks onnodigs mee hadden genomen deze keer. Na een hoop gezever bleek de oplossing simpel: hij komt morgen hier weer met twee gasten voor een dagtrip en dan neemt hij nog een tas met eten voor ons mee. Terug wordt geen probleem, want dan hebben we het overgewicht al lang en breed opgegeten en gedronken.

Toen dit probleempje uit de weg was, kon het feest beginnen. Een Cessna 206 stond hoog op haar drijvers te wachten op ons. Om alle bagage mee te krijgen, was er een stoel uitgehaald, dus Maasje ging bij Sas op schoot en Gijs ernaast. Ikzelf zat voorin naast Chris om het zwaartepunt weer wat naar voren te krijgen. We hadden allemaal headsets op met microfoon, dus we konden ook tijdens de vlucht met elkaar communiceren.
De vlucht duurde ruim een half uur en was prachtig. Het weer was ideaal, je keek de wereld uit!
We klommen uit in noordoostelijke richting over de moerassen rond de Endeavor River, waar ik gisteren nog naar kroko's gespeurd had. Na een paar mijl passerden we Cooktown dat rustig onder onze rechtervleugel doorschoof.
Vanaf toen vlogen we boven water en kruisten we eerst op Indian Head af, een bergformatie die van Captain Cook terecht die naam heeft gekregen, want en profile is het inderdaad exact een indianenkop.
Naarmate we verder vlogen, zagen we de stranden steeds witter en witter worden. Het was dan ook geen verrassing dat we bij 's werelds grootste sillicon-mijn kwamen, het fijne bestandsdeel waar o.a. cameralenzen van gemaakt worden. De stranden eromheen waren voor 98% sillicon, dus je kunt je wel voorstellen hoe wit die waren.
In zee vlogen we eerst nog over 3 kleine eilandjes heen, nr.3-island, nr.2-island en......fout, low wooden island.
Jaja, je kon wel lachen met kapitein Cook...

En toen doemde Lizard Island voor ons op. Links en rechts van ons zagen we de eerste koraalriffen, die prachtig mooi van boven te zien waren. Schitterend kleurenspel.
Blue Lagoon heet de baai van het eiland die we het eerst zagen. Tussen het strand en twee hele kleine eilandjes lag een baai met niets dan koraalrif. Waanzinnig.
We volgden de kust nog iets naar het noorden en bij het 3e strandje werd de daling ingezet: Watson's Bay.
Een paar zeiljachten lagen in de baai voor anker en het was dan ook kikken om daar te landen en dan rustig tussen hun door naar het strand te taxiën.

Het was aan het ebben, dus we moesten op een meter of twee voor het strand voor anker. Dit mag je overigens letterlijk nemen, een klein ankertje werd in het zand geslagen.
Terwijl we onze spullen aan het lossen waren op het strand, kwam een klein sloepje van een zeiljacht aangevaren, een echtpaar dat zeven maanden per jaar de oceaan bevaart en dat nu een klein boodschappenlijstje aan Chris meegaf. Maasje lag meteen midden in bed bij die vrouw en terwijl wij nog bezig waren met lossen, was Maasje al met haar aan het zwemmen, zat ze al in hun bootje en hadden ze hele gesprekken in het engels. D.w.z., de vrouw stelde vragen aan Maasje en Maasje zei dan op een hele bekakte en langgerekte manier "Yèèèèssss". Succes verzekerd.

De campsite is echt geweldig. Een klein paadje loopt van het strand het kreupelhout in. Eerst passeer je twee toiletten (die overigens voor het eerst op een QPWS-park minder fris waren, het enige minpuntje) en dan loopt het pad parallel aan het strand verder.
Op 5 plekken hebben ze een ruime, nette campsite ingericht, compleet met picknicktafel, een extra houten bankje en zelfs palen waar je beschutting tegen de zon aan kunt bevestigen.
De site die wij hebben gekozen met een waanzinnig uitzicht op de baai, heeft een 2-pitsbrander ingebouwd in een rots.
Water moet je uit een ouderwetse handpomp halen, 200m verderop. Alhoewel men aanraadt het eerst te koken voor gebruik, is het eigenlijk direct goed drinkbaar. Op dit praktisch onbeschadigde eiland is er simpelweg niets wat het water zou kunnen verzieken.

"The mutiny on the Bounty" is één van de bekendste zeeverhalen. Wat echter maar weinig mensen weten, is hoeveel moeite de engelsen hebben gedaan om de muiters te vinden en te berechten. Het was de HMS Pandora, een 24-kanons fregat, dat in 1790 Engeland verliet om de 25 muiters te zoeken. In maart 1791 werden de eerste muiters gevangen genomen in Tahiti. Op de leider van de muiters na en een paar handlangers, hebben ze iedereen kunnen pakken.
Echter, op de reis terug, is de Pandora zelf op de klippen gelopen en gezonken.

Afijn, de reden dat ik dit vertel, is dat in 2005 een aantal schippers iets heel grappigs hebben gebouwd bij de middelste site. (onze site) Met behulp van scheepshout en scheepstouw hebben ze een houten vat in de rotsen bevestigd. Als je die open trekt, zie je een schatkist liggen en daarboven een oud scheepsjournaal.
De schatkist zit vol met nepjuwelen, "zilveren" bestek, "dure" glazen en relikwieën en meer items die je in een schatkist mag verwachten. In het logboek hebben vorige kampeerders een boodschap nagelaten.
De kids vonden dit natuurlijk geweldig. Er zat een echte schatkaart bij en Maasje liep binnen 10 seconden behangen met sieraden rond. Echt heel leuk gedaan. Hulde!

De baai heeft het helderste water wat je je maar kunt bedenken. Aan beide zijden zitten grote koraalvelden en in het midden schijnt nog een koraalveldje te zijn met een hele Nemo-kolonie.
Wij, Sas en ik, hebben deze eerste dag om de beurt het rechterrif afgesnorkeld. Bizar!
Er liggen hier mosselschelpen van meer dan een meter lang, met felle kleuren aan de binnenkant, zo onwerkelijk. Als je in de buurt komt, klappen ze dicht. Daar wil je niet tussen zitten.
Scholen met honderden sergeant-majoors hangen om je heen en lijken zich niet aan je te storen. Honderden vissoorten in alle maten en kleuren zwemmen boven, onder en tussen het koraal. Zelfs "Wally", een hele melige vis van ruim een meter in diverse kleuren en met hele dikke lippen meldt zich even.
Sas roept al weken dat ze pas naar huis wil als ze een blauwe zeester heeft kunnen zien die op één van de folders stond. Hier kan ze haar hart ophalen, want er zitten er tientallen in het rif, grote fluwelen, helderblauwe zeesterren.

Gijs en Maas dobberden ondertussen ook rond in de golven, lekker hangend in hun zwemvesten. Vooral Maasje was niet meer te stoppen. Toen Gijs de rotsen alweer afstruinde op zoek naar krabben, spetterde Maasje nog altijd rond.
Gijs kreeg nog een onverwachte verrassing, toen de man van de zeilboot aankwam met een tropische, gifgroene boomkikker die hij uit de waterpomp had bevrijd. Gijs kon zijn geluk niet op, want die wilde hij al zo lang in het wild zien. Deze kikkers zijn heel kwetsbaar. Je mag ze alleen aanraken met natte handen, anders verbrandt de huid. De kikker sprong ineens in de nek van die kerel. Noch zijn vrouw, noch Sas durfde hem eruit te pakken. Gijs deed gauw zijn handen in een emmer water en pakte zonder aarzelen de kikker uit zijn nek. Kleine bioloog.

De tent die we mee hebben gekregen, is perfect. Eindelijk een echte prima tent. Meer dan genoeg ruimte voor ons allemaal en bijna sta-hoogte. Helemaal van katoen en met ramen aan alle zijden, dus heel goed koel te houden. En het belangrijkste: supersimpel op te zetten.

Aan het eind van de dag ben ik met G+M nog een flinke wandeling gaan maken en hebben we de ruïnes gevonden van de cottage van Robert en Mary Watson, over wie ik eerder schreef. Stelde niet veel voor, maar met de verhalen vers in het geheugen was het wel grappig om te zien.

"Smaakt het een beetje?", vroegen we aan de kids toen we 's avonds ravioli uit blikjes hadden opgewarmd. "Ja hoor", zei Gijs, "eten uit blikjes is veel lekkerder dan het gewone eten".
En bedankt, Gijs...

Omdat we zover uit de kust van Australië liggen en aan de goede kant van het eiland, hadden we zicht op een schitterende zonsondergang.
Vlak voordat de zon het midden van de baai zou raken, vulde de lucht zich recht boven ons met honderden flying foxes die vanuit alle richtingen kwamen aanvliegen en zich verzamelden om te gaan slapen. Ze kwamen laag over en cirkelden om ons heen. Een prachtig gezicht.

De kids lagen er vroeg in, net na het invallen van de duisternis. Doodmoe van een drukke dag vielen ze snel in slaap.
Wij hebben ons genesteld op het bankje en genieten van de mastlichtjes in de baai en de absolute rust.
Lizard Island, althans Watson's Bay, is voor ons alleen. Is dat gaaf of gaaf?!

Wij heffen het glas op deze decadente bushcamping op het mooiste strandje ter wereld!

03-08
Gisteravond hebben Sas en ik nog lang buiten gezeten, genietend van de rust en het kabbelende water. De witte wijn kwam nog lekker koel uit de koelbox en meerdere kaarsjes zorgden voor het licht. Af en toe hoorde je het geluid van kleine rondscharrelende diertjes, iets wat al heel vertrouwd is ondertussen.
Plotseling echter een plof dichtbij. Wat was dat? Luid geritsel volgt. Zaklamp gepakt. Hele struiken bewegen heen en weer, maar niets was te zien. Even denken, wat kan het hier in het slechtste geval zijn? Een goanna? Dingo's zijn hier niet, krokodillen zijn in geen jaren meer gespot (laatste 7 jaar geleden). Sas op de bank, papa op scherp. Plots een handje. Huh? Nog een handje. Is het een klein aapje? Hier? Dan het hoofdje.
En dan valt het kwartje: het is een flying fox!
Kennelijk was hij te laat richting huis gevlogen. Flying foxes zien 's nachts helemaal niets, net als wij. Hij had duidelijk een noodlanding moeten maken. Dit was the Black Flying fox, na de greyheaded en de spectacled flying fox de 3e en laatste soort die in Australië voorkomt.
Door met een zaklamp te schijnen, hebben we hem de weg kunnen wijzen naar een paar lianen, die hij vervolgens in klom om boven aan een tak op z'n kop te gaan hangen, z'n vlerken om zich heen te slaan en lekker te gaan tukken.
Grappig dat we hem met licht moesten sturen.

Grrrr, gloeiende, gloeiende, wat vaart daar onze baai in? Een cruiseschip? Zo'n vreselijke replica van Love Boat met de alleszeggende naam: "Coral Princess II"?!
Ik stap om half zeven deze morgen het strand op en struikel over een twintigtal 55+-ers met een gids die op het punt staan om de aan de wandeling naar Cook's Look te beginnen. Binnen het rif worden boeien uitegelegd, zodat klunzen 1e klas zelfs nog kunnen snorkelen en de eerste pendeldienst tussen boot en strand komt op gang. Of we hier even ziek van waren. Zo ga je only the lonely slapen op een verlaten bounty-paradijs en zo word je wakker in een soort all-inclusive omgeving. Alleen het roze armbandje en de gele bananenboot ontbraken nog...
Alsof dit mijn land was, stapte ik op zo'n geuniformeerde animator af en vroeg hem zonder omwegen wanneer ze weer weggingen. Tot m'n grote opluchting zei hij dat ze maar twee uurtjes bleven en dan weer verder gingen.
En inderdaad, gelukkig, na twee uurtjes werden de ankers gelicht en gingen ze ergens anders de horizon vervuilen. Watson's Bay was weer van ons.

's Ochtends moesten Gijs en Maasje allebei de grote boodschap doen. Toiletten zijn hier voor het eerst wat ranzig (door de afstand zal de verzorger wat minder frequent komen, denk ik), dus ik ging mee voor de eerste assistentie.
Toen de klep omhoog werd gedaan, wachtte een geinige verrassing, want op de bril zat weer zo'n schitterende groene boomkikker. Wat een mooie beesten. Gelukkig sprong de vriendelijke vriend met twee sprongen naar buiten, zodat we hem in een wat prettiger ambiance beter konden bekijken.

Zodra de baai weer van ons was, zijn we weer gaan snorkelen. Ik ben eerst naar een afgezonderd rifje gezwommen in het midden van de baai. Heel klein, met een diameter van nog geen 10m, maar met minstens 1000 vissen erboven. Waaronder ook Nemo, de clownsvis alias 3-bands anemoonsvis. Een paar hele grote, fel gekleurde vissen hielden zich steeds schuil onder het koraal en kwamen alleen tevoorschijn als ze dachten dat je weg was. Dat werd een heel leuk spelletje. Ik zwom weg boven het koraal, wachtte 10 tellen, haalde diep adem en dook tot vlak boven het koraaleiland. Dan zwom ik naar de rand en stak mijn hoofd om het hoekje. Kiekeboe! Dan keek je de vis haast recht in zijn snufferd, voordat ie zich weer als een haas uit de voeten maakte.

Aan de romp van een prachtig zeiljacht, nog verder in de baai, hingen gigantische zuigvissen. Deze grote jongens van ruim een meter die zelf ook veel weg hebben van een haai, voeden zich doorgaans door grote haaien schoon te eten. Haaien vinden dat prettig en laten dat toe, zoals je bijv. ook vaak vogels op koeien ziet zitten. De haaien komen hier pas na vieren de baai in om te jagen, dus tot die tijd hangen de gekke beesten als klokpendels met hun lippen tegen de romp geplakt.

Chris was met z'n watervliegtuig op de airstrip van het resort geland en zoals afgesproken had hij de rest van ons proviand bij zich (en de wijn!). Vandaar dat we na de lunch met z'n vieren op het gemakkie naar het vliegveld zijn gewandeld om de spullen op te halen.
Een hele mooie wandeling door afwisselend gebied, inclusief een stuk door mangroven met veel bordjes met toelichting. Op de weg terug zagen we de hoofdbewoner van hier, waar het eiland naar is vernoemd: de grote groengele lizard! Het was nog een jonkie en dus nog niet volgroeid, ongeveer zo'n 80cm. Ze moeten hier echter ook rondlopen van tegen de 2 meter.

's Middags weer heerlijk gesnorkeld. G+M gingen ondertussen weer zwemmen en worden steeds vrijer en vrijer in het water. Zo leuk.
Sas voelt zich nog niet helemaal op het gemak tijdens het snorkelen hier vanwege het koude water, de wijdsheid van de baai en de open oceaan erachter en de mogelijke aanwezigheid van haaien en stingrays die hier regelmatig gezien worden, al is dat later op de dag. Vandaar dat we vanmiddag heel even samen zijn gegaan. Het was eb, dus het strand loopt dan tot vlakbij het rif en we konden zo perfect een oogje op de kids houden die samen in het zand aan het spelen waren.
Het was erg leuk om samen te gaan en elkaar op allerlei dingen te kunnen wijzen. En Sas vertelde later dat ze zich nu ook veel meer kon ontspannen, er nog meer van kon genieten en ook meer dingen zag. Hopelijk kunnen we morgen nog eens samen gaan.

We hebben misschien een ander probleem. Toen we net water wilden halen uit de pomp, bleek die het niet meer te doen. Oh,oh! Dat is onze enige vorm van drinkwatervoorziening en vanaf morgen hebben we weer vers water nodig. Eens even zien hoe we dat gaan oplossen.

We hebben net gegeten terwijl de zwermen vleermuizen zich weer boven ons hoofd verzamelden tijdens de zonsondergang. Kleintjes liggen er weer in en wij prijzen onszelf heel gelukkig dat we voor de wijnvoorziening niet afhankelijk zijn van een pomp...

04-08
Mmmhhh, geen slechte plek om je trouwdag te vieren...
Vandaag is het 4 augustus en dus onze trouwdag. Toch geinig om te kunnen zeggen dat we dat heuglijke feit dit jaar op Lizard Island hebben gevierd...

Het was weer een superlekkere dag vandaag. De ochtend stond in het teken van snorkelen, de middag van water regelen en de zonsondergang van een borrel met de mensen van de zeiljachten.

Vanochtend weer heerlijk gesnorkeld. Ditmaal het rif aan de kant van de rotsen gevolgd, helemaal tot aan de open oceaan. Dat was goed te doen. Ik had daar meer stromingen richting open water verwacht, maar dat viel mee. Je kon er nog goed tegenin zwemmen.
Aan deze kant van het rif zaten weer hele andere vissen. Hier wonen met name de grotere koraalvissen. Grote joekels tot ver over een meter lang en met echte zulu-lippen komen nieuwsgierig naar je toe, checken je even uit en vervolgen dan hun weg. Melig om te zien hoe ze helemaal scheef gaan zwemmen, zodat ze je onder een hoek aan kunnen blijven kijken. Richting het open water kwam je soms door enorme scholen van dezelfde vissen, wel duizenden tegelijk. Soms niet groter dan je duimnagel, maar toch glinsterend in alle kleuren. En soms grote vissen die op een afstand een grote zwarte vlek vormen, maar van dichtbij een wolk van kleuren blijken te zijn.
Ook kwam ik de school tegen waar we bij het ontbijt nog met verwondering naar hadden staan kijken. "Travelli's" heten ze, al schrijf ik het waarschijnlijk verkeerd. Jagers van rond de 40cm die in groepen van 40 of 50 achter scholen vis aan racen om ze te verschalken en daarbij gelijktijdig steeds uit het water springen. Op die manier zie je ze met hoge snelheid door de hele baai gaan, met een bloedgang springend door het water.
Ach, en zo kan ik nog wel even doorgaan. Zoveel prachtige, kleurrijke en koddige beessies zwemmen daar beneden rond. Je blijft je verbazen.

Sas wilde nog heel graag mooie foto's maken van een blauwe zeester, dus ik heb er eentje opgedoken. Op het moment dat je ze pakt, verstenen ze eerst helemaal, alsof ze verstarren en roepen "Ben er niet!". Tijdens het zwemmen naar het strand verslappen ze helemaal, alsof ze zich bij de situatie neerleggen. Toen ik 'm in de branding neerlegde voor de foto's, strekte hij meteen z'n hoeven weer en was het weer een echte zeester.
Na de fotoshoot en nadat G+M 'm ook goed hebben kunnen bestuderen, heb ik 'm weer terug naar z'n stekkie gebracht.

Sas heeft ook flink gesnorkeld vanochtend en is verder dan ver geweest. Grappig om elkaar daarna over dezelfde vissen te horen. "Die groene, met die roze streep over z'n rug, die heb ik nou ook gezien..."
Je kunt ze trouwens horen eten van het rif! Ook zo bijzonder. Als de grotere vissen hun voedsel van het koraal afschrapen en je hangt er doodstil boven, dan hoor je ze echt de happen nemen. Erg melig.

Maar goed, ondertussen hadden we nog wel een waterprobleem. De pomp was nog niet gemaakt en we waren zo goed als door onze voorraad heen. In dit klimaat met dit weer heb je veel vocht nodig.
Toevallig kwamen net Ronnie en Annie even aanvaren met een klein sloepje om te kijken of alles goed ging bij ons. (zij waren het stel dat we bij aankomst hadden gezien)
Zij wonen echt op dat jacht, varen zeven maanden per jaar over de noordelijke wateren en alleen tijdens het hurricane-seizoen liggen ze in de haven van Cairns.
Zij doen dan ook voor zeven maanden boodschappen! Ongelooflijk. De hele boot zit dan afgeladen met proviand. En daar zijn ze heel creatief mee. Zo vertelde ze dat ze 25 dozen met eieren had. Op de vraag hoe ze die goed hield, antwoordde ze dat elk ei met vaseline wordt ingesmeerd. Op die manier zijn de poriën dicht en kun je ze met gemak zes maanden goed houden.... En nou jij!

Zij gingen mee naar de pomp. Ik heb twee linkerhanden, maar m'n nieuwe vriend was gelukkiger handiger. De pomp zat trouwens weer vol met boomkikkers. Ongelooflijk hoe die er allemaal in weten te klauteren.
Maar dat bleek niet het euvel. Een essentieel onderdeel was afgebroken en lag in tientallen stukken. Niet meer te fixen, hier moeten nieuwe onderdelen voor komen.

Eerst even gelunched. Ronnie brouwt zijn eigen bier op z'n boot en dat smaakt erg goed. En Anny bakt haar eigen brood en dat smaakt ook erg lekker. Je begrijpt, we zaten helemaal op lijn met onze nieuwe vrienden...

Na de lunch zijn we met z'n allen in hun kleine dinghy gestapt. Dat ging maar net. Lege jerrycans en emmers mee. We zijn om de rotsen naar de volgende baai gevaren waar een van de meest exclusieve resorts ter wereld ligt. De kids genoten volop van dit onverwachte vaartochtje.
De boot op het strand gemeerd en naar een buitenbar gegaan (the Marlin Bar) die nu onbemand was. M.b.v. slangetjes tapten wij in de bar heerlijk drinkwater in onze vaatjes en droegen die naar de boot. Later hebben we de kleintjes zelfs even gauw stiekem onder de douche gezet. Prima.
Op de weg naar de boot struikelden we weer over zo'n mega-lizard. Deze was al een slag groter en mat zeker 1.20m. Gijs vond een grote, dode sprinkhaan en heeft die aan de grote hagedis gevoerd! Erg stoer.

Dus al met al zijn wij gered met water. Hiermee zingen wij het makkelijk uit tot woensdag. Alleen hoop ik voor de mensen na ons dat het gauw gemaakt wordt. Je wilt hier niet zonder water zitten.

We hebben nog even met Ronnie en Annie geborreld en toen zij weg gingen, gingen wij nog een strandwandeling maken. Althans, dat wilden we, maar dat liep ook weer anders.
Halverwege het strand staan twee picknicktafels op de rand van het kreupelhout. Traditiegetrouw komen daar tegen zonsondergang de mensen van de boten, plus eventuele kampeerders bij elkaar om een borrel te drinken en praatjepot te houden.
Iemand heeft het "Lizard Island Yaghtmen Club" gedoopt en dat op een houten bordje in de boom gehangen. Bezoekers aan deze "strandtent" hebben sindsdien op grote oesterschelpen de namen van hun schepen geschreven, plus een datum en die in dezelfde boom gehangen. Dat ziet er heel grappig uit.
Wij kwamen er vanavond langs lopen en al waren we het eigenlijk niet van plan, we zijn er toch blijven hangen. De kids vonden twee nieuwe speelmaatjes en wij hebben gezellig gebabbeld met wat ervaren zeelui. Altijd goede verhalen.

Het is kraakhelder vanavond en daardoor iets frisser dan voorgaande avonden. Maar nog steeds lekker genoeg om buiten te zitten en dit verhaal bij kaarslicht te schrijven. Een kleine albino-hagedis rent af en toe over het tafelblad heen.
De melkweg zit recht boven ons, honderden sterren stralen eromheen en we zien er gemiddeld drie per minuut vallen. Ik hou geen wensen meer over...
De maan, die op dit punt van de wereld van onderen beschenen wordt, heeft zich even laten zien, maar is ondertussen weer om het hoekje verdwenen, de zon achterna.

Sst, wacht eens, hoor ik daar een walvis?...

05-08
Wauw! Houdt het dan nooit op? Weer een topdag gehad. De kids hebben een superzware wandeling afgelegd alsof ze nooit anders doen, Cook's Look is bedwongen, ik heb in open zee gezwommen tussen de haaien en later samen met Sas heerlijk kunnen snorkelen om vervolgens tot zonsondergang te borrelen op een zeewaardig jacht. Just another day at Lizard...

Nu we weer goed in het water zitten, durfden we het aan om de beklimming naar Cook's Look te doen. Dat is het hoogste punt van het eiland waar Captain Cook in 1770 naar toe klom om een route door het Barrier Reef te bepalen.
De zware wandeling die we een maand geleden hadden gedaan naar de onderkant van de Minyon Falls, stond in de boekjes als zijnde "moderate", ofwel gemiddeld.
Deze klim naar Cook's Look staat in de boeken als zijnde "very difficult", dus er stond ons wat te wachten...
En inderdaad, het werd heel heftig. Weliswaar had men met kleine pijltjes aangegeven welke richting je moest volgen, maar dat was dan ook het enige wat men had gedaan. Er was geen soepel paadje gemaakt, je moest klimmen en klauteren over hele steile rotsen en balanceren over smalle geitenpaadjes. Na een uur en een kwartier klimmen, bereik je de rug van de heuvels. De kids hebben alles helemaal zelf gedaan (!), waarvoor hulde. Het was af en toe echt heel moeilijk.
Deze eerste top was al spectaculair. Vandaar kijk je over het begin van het maar liefst 2300km lange Great Barrier Reef. Een uitzicht dat zich niet laat omschrijven en waarvan je alleen maar kunt hopen dat het op de foto's een beetje overkomt.
Langs de route vonden we wilde passievruchten die heerlijk zoet waren. Al gauw had Gijs door welke struikjes hij daarvoor moest hebben en was hij druk bezig met zoeken.
Vanaf dat punt zou de rest van de route weliswaar eerst even wat vlakker zijn over de heuvelrug, maar het laatste stuk naar Cook's Look werd dan weer een hele steile klim. Het leek ons beter om dat niet meer met de kids te doen, dus hebben we ons even opgesplitst. Sas is met de kleintjes bij die eerste look-out gebleven en ze hebben daar lekker gepicknickt. En ik ben nog even doorgestiefeld naar Cook's Look.

Het was inderdaad een zware klim- en klauterpartij het laatste stukje en de zon brandde al flink, dus we zijn achteraf blij dat we het zo gedaan hebben.
Cook's Look ligt op het topje en het uitzicht is echt fenomenaal. Je hebt een prachtig zicht van 360 graden op het Reef en je kunt zien wat Captain Cook ("meneertje Koek", zoals Maas hem noemt) destijds zag als de weg tussen het rif door.
Heel in de verte zie je het vasteland van Australië liggen. Moeilijk voor te stellen dat 9000 jaar geleden er nog geen water zat tussen Lizard en het vasteland, maar dat het toen nog onderdeel was van het continent. Echter, toen begon de zeespiegel te stijgen en ontstonden deze eilandgroepen.
Naast de rots waarop de grote navigator destijds moet hebben gestaan, staat nu een houten kist met daarin een logboek. Iedereen die de top bereikt, schrijft daar wat in. Die "eeuwige roem" komt nu dus ook de van 't Veldjes toe.
Prachtige foto's kunnen maken van het eiland, onze baai en the Blue Lagoon en toen teruggelopen naar de rest van de familie, om vervolgens de afdaling te doen. Op die gladde, steile rotsen is heuvelafwaarts net zo zwaar als de weg omhoog en ik neem dan ook mijn hoed af voor G+M, die het hele parcours weer zelf hebben afgelegd.

Beneden aan het pad hebben we ons eerst in het koele zeewater laten plonzen. Iedereen was doorweekt van het zweet en toe aan deze koude duik.
Daarna gelunched in het kamp en vervolgens naar het andere eind van het strand gewandeld, want Sas en ik wilden eens boven het rif daar snorkelen.
Er liggen eigenlijk twee riffen. Eentje tegen de rotsen aan en eentje die door het midden van de baai loopt. Ik ben met deze laatste begonnen. De kleuren van het koraal waren hier zo mogelijk nog mooier en intenser dan die aan de andere kant, maar de vissen, hoewel wonderschoon van kleur, waren kleiner. Daardoor ben ik waarschijnlijk steeds verder gaan zwemmen en ineens dreef ik al een flink eind buiten de baai. Nou was dit op zich niet erg, want met mijn flippers formaat strijkplank was je met een beetje inspanning zo weer terug. Het was alleen dat het formaat van de vissen ineens heel rap toenam. Voor het eerst van mijn leven zwom ik namelijk tussen de haaien !!! En nog redelijke Borissen ook, van zo'n 2 meter.
Hoewel ze wel eventjes nieuwsgierig kwamen kijken wat daar nou weer rondspetterde, lieten ze me verder met rust. Eentje bleef wel een tijdje in mijn buurt cirkelen en daardoor kon ik ze goed bekijken. Fascinerende beesten.
Een ervaren visser die ze bij me had gezien en een boek van alle vissen had, identificeerde ze later als de white-tipped huppeldepupshark (weet het even niet meer), haaien die over het algemeen geen probleem zijn, al zijn er wel gevallen bekend van aanvallen op mensen. Gelukkig hadden deze daar duidelijk geen behoefte aan.

Sas is daarna hetzelfde rif op gegaan, hetgeen ik heel dapper vond. Ze is verstandig genoeg wel in het beginstuk gebleven en heeft ook weer genoten van de kleuren en de vissen. De mosselschelpen aan deze kant waren nog groter dan die aan de andere kant. Dat ging nergens meer over. Er zaten erbij, daar had Maasje gestrekt in kunnen liggen en dan nog plek zat voor alle knuffels. Echt mega. Volgens de mensen hier zijn die grootste schelpen een paar honderd jaar oud.

Net toen Sas uit het water kwam, kwamen Annie en Ronnie eraan. Ze hadden een blikje bij zich voor Gijs. Daarin zaten een gedroogde en perfect geconserveerde kleine krab en een smaragdgroene "Christmas Beetle". Die hadden ze eigenlijk voor iemand anders in gedachten gehad, maar ze vonden het zo uniek hoe Gijs onvermoeibaar bezig was met kriebelkruipers en insekten dat ze ze aan Gijsje wilden geven. Nou, dat was een schot in de roos, want Gijs was er helemaal weg van. Hij heeft het blikje niet meer losgelaten.

Maasje keek even sip uiteraard, maar fleurde helemaal op toen ze hoorde dat er voor haar ook wat kwam. Dat zou ze later die middag krijgen.
Na een tijdje praatjepot, konden Sas en ik nog even samen een snorkeltje doen, terwijl Ronnie en Annie op de kids pasten. Dat was weer helemaal geweldig. We wilden eerst het laatste rif uitchecken, maar doordat het begon te ebben, was er niet veel ruimte meer erboven en was er ook niet al teveel vis meer.
We zijn toen even doorgestoken en hebben het rif in het midden van de baai afgestruind. Niet te diep in de richting van de zee, omdat het al wat later op de dag werd en de haaien dan de baai in komen, maar lekker in het begin. Veel gezien weer.

We hebben daarna nog een tijdje op het strand zitten keutelen en zijn toen met Annie en Ronnie meegegaan naar hun boot. Dat was echt leuk. Maasje is helemaal into Annie en wordt op haar beurt weer vreselijk verwend en Gijs moet erg lachen om de stoere zeebonk die Ronnie is en de verhalen die hij vertelt.
Ze hebben een mooi jacht dat ook daadwerkelijk hun huis is. En dat hebben ze ook heel leuk voor elkaar, moet ik zeggen. Niet heel groot, maar voor z'n tweetjes helemaal prima. En zeker in dit klimaat waarin je ook heel veel tijd buiten doorbrengt.
Het was hartstikke gezellig en we hebben er tot zonsondergang gezeten. Annie heeft voor Maasje een enkelbandje gevlochten van roze en lichtblauwe wol en dat is momenteel volgens Maas het allermooiste van Australië en deze reis...

Vlak voor schemering zijn we met het bootje teruggebracht. G+M gierden het uit toen de golven in hun gezichtjes spatten en zeker toen Ronnie ook nog eens gekke dingen ging doen met het bootje, zoals hele snelle rondjes draaien etc. Ze hadden het niet meer.
Eenmaal op het strand bleven ze Ronnie uitzwaaien tot ie niet meer te zien was.

De blikopener had het begeven, dus we hebben even zitten klooien, maar met wat bruut geweld is het toch gelukt en hebben we lekker buiten gegeten.
De kids hebben geen kik meer gegeven, zo moe waren ze. En wij gaan nu genieten van onze laatste avond op dit prachtige eiland.

Wat een paradijs is dit. Echt zo'n plekje en zo'n ervaring dat je het iedereen zou willen vertellen, maar aan de andere kant wil je weer niet dat teveel mensen dit weten, zodat het niet verpest wordt.

Maar goed, jullie willen we het wel zeggen.
Als je in de buurt komt en in de gelegenheid bent: Ga kamperen op Lizard Island!!!
Alleen.... vertel het niet verder....

  • 13 Augustus 2008 - 07:33

    Greta:

    Wat een geluksvogels zijn jullie! Op naar Lizard Island!!

  • 13 Augustus 2008 - 19:01

    Menno En Thomas:

    Hou je nou je buik in op die foto, Joost? En Sas kan zo als Centerfold verder. Jullie drogen mooi op daar.
    En natuurlijk ben ik je verjaardag niet vergeten, Joost. Gefeliciteerd. Nog net geen veertig...

    Wij hebben onze eerste kampeerders hier op het terrein gehad, onze oude buren uit Haarlem, Marijke en Mat. Die sliepen ergens achterin, mooie plek, leuk voor de kids een keer.

    Ciao bellas.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Sydney

Mijn eerste reis

Recente Reisverslagen:

31 Augustus 2008

Nawoord

31 Augustus 2008

Back in Melbourne

14 Augustus 2008

Cairns again

13 Augustus 2008

Lizard Island

31 Juli 2008

Cooktown II
Joost

Actief sinds 25 Maart 2008
Verslag gelezen: 1020
Totaal aantal bezoekers 90190

Voorgaande reizen:

19 Oktober 2018 - 28 Oktober 2018

Tanzania/Zanzibar 2018

10 Juli 2017 - 11 Augustus 2017

Sulawesi en Yogjakarta

11 Juli 2016 - 18 Augustus 2016

Java - Bali - Cairns

04 April 2016 - 14 April 2016

Japan; in de voetsporen van Sosai Mas Oyama

24 Juli 2014 - 06 Augustus 2014

Thailand 2014

22 Juli 2012 - 10 Augustus 2012

Rondreis door China

03 Juli 2011 - 28 Juli 2011

Darwin - Nhulunbuy - the Wessels

30 November -0001 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: